Even een voorsmaakje van de tekst?
Wat er vooraf gebeurde: dankzij de Grote Kronometer
kan Tillo zonder te worden gezien de boekentassen van Maarten en Pieter wegnemen. Zij zijn
de twee grote pestkoppen van de klas. Hij vult ze met paardenstront en zet ze terug.
Daarna beginnen de lessen.
'Alle kinderen gingen in lange rijen staan. Meester Staf, een
dikke man met een grote snor midden in zijn bepukkelde gezicht, kwam dichterbij. Niemand
durfde nog een woord te zeggen. Zelfs de twee grote belhamels Maarten en Pieter, die
achteraan stonden, hielden hun mond. Meester Staf had immers de reputatie bijzonder
kwistig om te springen met strafwerk. Op een vingerknip van hem zette de rij zich in beweging. Tillo
was bij de eersten die de klas binnenkwamen. Hij zwierde zijn boekentas tegen de tafel en
ging zitten. Maarten en Pieter liepen langs hem heen en deden
hetzelfde. Zodra het in de klas muisstil werd, kwam meester Staf bij het
bord vandaan. Met zijn dikke buik duwde hij tegen de eerste tafel. Net een zwanger
nijlpaard, dacht Tillo. De meester schraapte zijn keel en rochelde even. Tillo wist dat hij nu iets belangrijks zou zeggen. Meestal ging
dat gepaard met een regen van speeksel voor wie vooraan zat. Voor die arme leerlingen zou
het weer een beproeving worden. Jammer dat ze geen paraplu mochten gebruiken. 'Om te beginnen,' zo sprak meester Staf,
'wil ik dat iedereen zijn taak op de hoek van zijn tafel legt. Ik kom die
straks ophalen. Daarna maken jullie je klaar voor een overhoring. Het is
tenslotte al weer een halve week geleden dat ik jullie nog heb getest.' Zeg maar gepest, dacht Tillo. Net zoals hij moesten ook de
anderen zich inhouden om niet te vloeken. Toch had niemand de moed om enig protest te
laten blijken. Moeilijke overhoringen geven was nu eenmaal het stokpaardje van meester
Staf. Met duidelijke tegenzin opende Tillo zijn boekentas om zijn taak
eruit te halen. Maar dan verscheen er een glimlach op zijn gezicht. Hij dacht opeens weer
aan Maarten en Pieter. Die moesten nu precies hetzelfde doen. En inderdaad.
'Wel, Maarten en Pieter,' bulderde meester Staf van bij zijn lessenaar, 'hoe
lang blijven jullie daar nog zitten met die boekentassen op jullie knieën?
Of zijn jullie de taken weer vergeten?' Maarten en Pieter, die met hun rechterhand tot diep in de
paardenstront zaten, zeiden niets. Maar iedereen die in hun buurt zat, kneep zijn neus
dicht. 'Wat is daar aan de hand?' vroeg de meester, zodra hij
dat in het oog kreeg. 'Meester,' zo antwoordde Jantje Vingherhoedt,
'het begint hier opeens vreselijk te stinken.' 'Te stinken, te stinken,
zomaar. Dat kan toch niet!' Meester Staf stond op en liep naar de andere kant van de klas. Hier en daar begon er al iemand te giechelen. Vlakbij de tafel van Maarten en Pieter bleef de meester
stil staan.
Het vreemde luchtje had ook zijn neus bereikt. Toen zag hij de inhoud van de twee
boekentassen. 'Wat heeft dat hier te betekenen?' vroeg
hij. 'Waar halen jullie het lef vandaan om zo’n smerige troep de school
binnen te brengen? Welke misplaatste grap wilden jullie uithalen?' 'Maar, meester,' jammerde Maarten,
'wij weten helemaal van niets. Wij hebben hier niets mee te maken. Kijk,
zelfs onze schriften zijn helemaal vuil.' Om zijn onschuld te kunnen bewijzen, trok Maarten een pak
papieren uit zijn boekentas. De jongen deed dat echter zo onhandig dat de tas kantelde en met
inhoud en al boven op de glimmende schoenen van meester Staf viel.
De hele klas gierde het uit van het lachen. De schoenen en de
broekspijpen van meester Staf zaten helemaal onder de paardenstront. Maarten werd
lijkbleek en bestierf het bijna. 'Genoeg!' riep meester Staf ruw.
'De eerste die nog
lacht vliegt eruit. Jullie tweeën ruimen die rotzooi op en maken dan voor de rest van de
dag strafwerk. En jij, Jantje Vingherhoedt, zet het raam open. Het is hier
inderdaad niet meer te harden van de stank.' Tillo kreeg bijna buikpijn van het ingehouden lachen. Dat die
grap zo schitterend zou aflopen, had hij nooit durven te hopen. En dat allemaal dank zij
het vreemde horloge. O nee, hij zou nu zeker nog een tijdje wachten voor hij het naar de
politie bracht.' |