Wat vooraf ging: Ben wordt midden in de nacht wakker. Een vreemde kracht dwingt hem naar het kerkhof te gaan...

         Ben kreeg kippenvel tussen al die donkere graven. Gelukkig baadde de hele omgeving nog in het maanlicht. Maar eenmaal onder die hoge bomen werd het aardedonker. Elk ogenblik verwachtte hij een of andere engerd tevoorschijn zien komen.
         Uiteindelijk bereikte hij die grauwe kapel.
        Tot zijn grote verbazing stond het traliewerk helemaal open. Daarachter flikkerde een vreemd licht. Net hetzelfde als dat van zijn computer.
         Terwijl de onzichtbare kracht hem de trappen opduwde, moest hij voor de zoveelste keer aan de woorden van de meester denken. Zou hij morgen nog op school zijn om de rest van die les te kunnen meemaken?
         Ben had net de drempel van de kapel overschreden, of het traliewerk klapte achter hem dicht. Voor hem gaapte de trap die naar de grafkelder van die familie Verhelle leidde. Zou hij die Nick daar eindelijk te zien krijgen of zou het een heel ander gezicht zijn?
         Nog steeds in zijn pantoffels werd Ben gedwongen de trap af te dalen. Een nieuwe deur ging open om daarna weer dicht te gaan. De jongen bevond zich nu in een donkere ruimte met helemaal in de verte een lichtpuntje. Het rook er bijzonder muf. Maar opnieuw werd hij meegevoerd.
         Het flikkerende licht kwam alsmaar dichterbij. Een gezoem kwam hem tegemoet. Daar leek een lange gang te zijn met allemaal computers. En…